Gert belt zijn collega Carla.
‘He, mag ik even wat tegen je aanhouden?
‘Tuurlijk’
‘Ik ben hier nu de enige IT specialist en ik voel me de laatste tijd behoorlijk alleeen staan in de organisatie. Ik weet soms niet waar ik nu eigenlijk deel van uitmaak. ik krijg wel opdrachten maar ik spreek jou bijvoorbeeld nooit meer live. Alleen nog per mail en die vergaderingen die altijd te vol zitten…ik begin zin te krijgen om te solliciteren.
‘Herkenbaar. Goed Fijn dat je het meldt. Ik baal er ook van dat ik bijvoorbeeld Jan en Marian nooit meer spreek. Zij zouden dat toch eens moeten oppakken! Dus, afwachten, of moeten we daar eens iets aan doen?
Individueel raken we de weg kwijt als we het zicht verliezen op de samenhang tussen de factoren die met elkaar de organisatieconstellatie vormen waar we deel van uitmaken. Collectief raken hele organisaties op drift als daarbinnen het percentage mensen dat die samenhang nog (be)leeft onder een bepaald minimum zakt. De mensen in een organisatie die die samenhang nog wel ervaren en met zich meedragen zijn de dragers van het DNA van hun organisatie. Ze worden ‘intrapreneurs’ of ‘interne ondernemers’ genoemd. Het zijn mensen die in staat zijn onder wisselende omstandigheden intelligent te blijven denken en handelen in het licht van het grotere geheel waar ze deel van uitmaken. Ze beschikken over een innerlijk beeld hoe hun organisatie functioneert als alles en iedereen op zijn plaats valt, los van het feit dat dit in de werkelijkheid zelden of nooit het geval is. Ze ‘zien’ dus iets dat er (nog) niet is maar wat mogelijk gecreëerd zou kunnen worden als iedereen daaraan zou meedoen. Voor hen spreekt het daarom vanzelf dat zij zich daarvoor inzetten. Schiller laat in een van zijn toneelstukken een persoon opkomen die zegt: “Niemand zou moeten moeten.” Daarop laat Schiller een tweede persoon zeggen: “Maar wie wil, die moet ook.” De derde in het gezelschap zegt dan: “Maar wie inziet, die wil ook.”
Anders dan hen die zichzelf beleven als te worden voortgeduwd of meegenomen door de stroom van oorzaak-gevolg gebeurtenissen die loopt van het verleden naar de toekomst (push), beleven interne ondernemers dat er ook een verbindingslijn vanuit de toekomst naar hen wordt uitgeworpen die hen voorwaarts inspireert (pull). Wanneer dat nodig of wenselijk is zijn ze vanwege die verbindingslijn in staat de toekomst te co-creëren waar anderen volstaan met eindeloos herschikken van de gegeven elementen die in het verleden reeds vorm hebben gekregen.
Echter… wanneer hun inspiratie tot innovatie via co-creatie niet gevoed of onderhouden wordt of wanneer het proces van co-creëren in hun organisatie bovenmatig sterk gefrustreerd wordt, houden interne ondernemers het voor gezien. Ze gaan nolens volens ondergronds om betere tijden af te wachten of ze zoeken met hun talent voor co-creatie hun heil elders. Als dan in hun organisatie de stapelaars en herschikkers het voor het zeggen krijgen verdwijnen alle mogelijke toekomstperspectieven langzaam in de mist van ongewisheid en desoriëntatie: Wer vom Ziel nicht weis kann den Weg nicht haben.
Wat kunnen organisaties doen om hun interne ondernemers binnenboord en bovengronds te houden om daarmee koers te kunnen blijven zetten naar een voorspoedige toekomst? Het antwoord daarop wordt eigenlijk al gegeven in het inzicht dat hierboven wordt aangeboord. Stel de mensen die daar behoefte aan hebben (interne ondernemers zitten overal) regelmatig in de gelegenheid om met elkaar in dialoogvorm antwoorden te formuleren op de zes vragen die in de figuur hierboven geformuleerd zijn. Ieder initiatief om in de juiste setting (Vital Space) deze zes vragen met elkaar te beantwoorden maakt telkens opnieuw de gehele organisatieconstellatie zichtbaar in zijn actualiteit. Die voedt en inspireert vervolgens niet alleen alle aanwezige interne ondernemers voorwaarts maar stelt hen ook in staat de dilemma’s en vraagstukken waar zij vaak te lang mee rondlopen in een oogwenk creatief op te lossen. Wie hierover meer wil weten: zie onze korte inleiding op deze OrganisatieGyroscoop en de manier waarop wij deze in organisaties inzetten voor organisatie- en ondernemerschapsontwikkeling.